Algemene Directie Toezicht op de sociale wetten

Op deze pagina

     

    Waarvoor is deze inspectiedienst bevoegd?

    Een van de hoofdopdrachten van het Toezicht op de Sociale Wetten is informatie verstrekken aan de werkgevers en de werknemers, advies verlenen, verzoenend tussenkomen en uiteraard ook controleren in hoeverre de arbeidsreglementering en de talrijke collectieve arbeidsovereenkomsten (cao's) worden nageleefd. Deze informatie wordt verstrekt aan alle belanghebbende actoren in een arbeidsrelatie: de werkgever, de werknemer(s), vakbonden en zij die namens de werkgever de loonadministratie verrichten.

    De meeste van deze reglementering beoogt niet alleen een bescherming van de Belgische werknemers, maar ook van de gedetacheerde werknemers met een A1 die tijdelijk in België komen werken.  Deze beschermingsmaatregelen slaan op de wijze waarop de arbeid in België (al dan niet) kan georganiseerd worden door de werkgever (arbeidsduur, werken op zon - of feestdagen, nachtarbeid, bescherming van het loon, enz.) en op de loon- en arbeidsvoorwaarden die in de talrijke cao's (collectieve arbeidsovereenkomsten) op algemene wijze door alle werkgevers uit een sector (ook de buitenlandse) verplicht moeten nageleefd worden (minimum loonbarema's , toeslagen, premies, voordelen toegekend door sectorale sociale fondsen, enz.).  Typerend voor al deze na te leven voorschriften is dat zij bekleed zijn met sancties in geval ze niet gerespecteerd worden. De sancties zijn meestal strafrechtelijk of administratieve geldboeten. Let wel: in de meeste gevallen kan enkel aan de werkgever een sanctie opgelegd worden.  De onderzoeken van de arbeidsinspectie richten zich dus voornamelijk op de werkgevers.  Op werknemers worden in principe nooit sancties opgelegd.

    Het Toezicht op de Sociale Wetten geeft eveneens informatie en advies in het domein van het burgerlijk arbeidsrecht (de loutere geschillen tussen partijen in verband met de individuele arbeidsovereenkomst, de moederschapbescherming, de niet algemeen verbindend verklaarde cao's of afspraken op ondernemingniveau, enz.). Wanneer zo een geschil tussen partijen niet opgelost is na een bemiddelende tussenkomst van de inspectie, kunt u, ook als gedetacheerde werknemer, en wanneer u zich benadeeld voelt, uw zaak in België voor de bevoegde arbeidsrechtbank brengen. U kunt zich daarbij laten vertegenwoordigen of bijstaan door een advocaat of een vakbond. 

    Hoe is deze inspectiedienst georganiseerd?

    Het Toezicht op de Sociale Wetten omvat een hoofdbestuur en een aantal externe directies in het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, één voor de Duitstalige Gemeenschap en één in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest). Deze externe directies oefenen hun bevoegdheid uit over een welomschreven territoriaal ambtsgebied. U kunt er terecht met uw vragen als de algemene informatie op deze website geen voldoende antwoord biedt op uw concreet probleem of als u een klacht wenst neer te leggen.

    Een klacht wordt steeds vertrouwelijk behandeld. De arbeidsinspecteur is door de wet tot geheimhouding verplicht. Hij mag aan de werkgever niet laten weten dat een (gedetacheerde) werknemer aan de basis lag van een onderzoek. Tenzij u hem vrijstelling daartoe verleent, mag uw naam aan niemand bekend gemaakt worden, tenzij aan collega's arbeidsinspecteurs of bevoegde openbare diensten die bij het onderzoek rechtstreeks zijn betrokken. 

    Wat kan de arbeidsinspecteur doen bij een controle?

    De inspecteurs doen zowel ambtshalve als in opdracht regelmatig werfcontroles en controles in de werkplaatsen van de opdrachtgever, hoofdaannemer of cliënt van de buitenlandse werkgever.
    Bij deze controles, die verlopen op dezelfde wijze als deze op de tewerkstelling van Belgische werknemers, hebben de inspecteurs vooral oog op de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden. Daartoe kunnen zij aan al wie zich op de werf bevindt de nodige vragen stellen en een aantal documenten laten voorleggen zoals bestelbonnen, aannemingscontracten, aanwezigheidslijsten, prestatiestaten, eventuele arbeidsvergunningen, facturen enz. De inspecteurs zijn ook gerechtigd om iedereen op de werf identificeren en de verblijfsdocumenten, A1 formulieren en identiteitskaarten te doen voorleggen. Wanneer documenten met sociale gegevens of andere door gelijk welke wet voorgeschreven informatiedragers niet spontaan aan de inspecteurs worden voorgelegd, mogen deze ze zelf opsporen, kopiëren en in beslag nemen. Dit geldt eveneens voor gegevensdragers die via een informatica systeem (of netwerk) op te sporen zijn vanuit de werkplaats.

    De arbeidsinspecteurs kunnen de bijstand van de politie inroepen. Controles op grote werven worden vaak verricht in samenwerking met andere controlediensten.

    Alle arbeidsinspecteurs mogen ook al hun onderzoeksgegevens met elkaar uitwisselen en meedelen aan andere openbare diensten die moeten zorgen voor de toepassing van het arbeidsrecht, sociale zekerheidsrecht, fiscaliteit, milieurecht enz

    Na hun aanvankelijke vaststellingen zullen de inspecteurs contact nemen met de werkgever, zijn contactpersoon of lasthebber om bepaalde bijkomende informatie te bekomen over de tewerkstelling en bepaalde sociale documenten opvragen zoals bijvoorbeeld de loonbonnen of loondocumenten (eventueel deze die gebruikt worden in het herkomstland). 

    Hoe dan ook, zowel de werkgevers als hun werknemers zijn verplicht aan dit onderzoek mee te werken. Ondervinden de inspecteurs vanwege deze personen actieve obstructie van hun opsporingswerk dan zullen zij eventueel een proces-verbaal wegens verhindering van het toezicht opstellen en aan het openbaar ministerie meedelen. Hierop staan zware sancties (strafrechtelijke boeten van minimaal 2500 €). Ook aanzienlijke administratieve geldboeten kunnen opgelegd worden in geval het openbaar ministerie niet vervolgt.

    De bedoeling van de inspecteurs is op de eerste plaats na te gaan of de reglementering van de arbeid van de gedetacheerde werknemers, net zoals die van de Belgische werknemers, nageleefd wordt.  Wordt het verplicht gestelde minimum baremaloon van de bedrijfssector gerespecteerd? Worden de toeslagen en premies betaald die in de cao' s voorzien zijn? Worden door de werkgever de bijdragen aan de sociale fondsen betaald in de gevallen waarin dit verplicht is? Worden de maximaal toegelaten grenzen van de arbeidsduur gerespecteerd? Zoniet, zijn de afwijkingen hierop gerechtvaardigd? Worden de overuren betaald aan de wettelijke toeslag van 50% (100% op zon - en feestdagen), worden uren inhaalrust verleend, enz.?

    Als de inspecteurs vaststellen dat aan één of meerdere van deze voorwaarden niet is voldaan, is er sprake van een (of meerdere) inbreuk(en). De vaststellingen van de arbeidsinspecteurs genieten een bijzondere bewijskracht. 

    Actiemiddelen en klemtonen van de inspecteurs

    De Europese richtlijn eist van de overheden van de lidstaten een controle op de correcte naleving van de harde kern van de loon - en arbeidsvoorwaarden zoals bedoeld in de richtlijn EEG 96/71 betreffende het detacheren van werknemers.

    De eerste zorg van de inspecteurs, wanneer zij inbreuken vaststellen (bijvoorbeeld: het minimumloon werd niet betaald), is de onwettelijke situatie recht te zetten. Bijgevolg verkiezen zij gebruiken te maken van het uitgebreide appreciatierecht waarover ze beschikken. Namelijk, in plaats van de overtredingen via een proces-verbaal ter kennis te brengen van het gerecht, kunnen zij verkiezen aan de werkgever een waarschuwing te geven en hem een termijn voor te stellen waarbinnen de loontekorten moeten bijbetaald worden (loonregularisatie). Tot staving van deze regularisatie vraagt de inspectie systematisch de betalingsbewijzen en de loonstroken (bijvoorbeeld die van het herkomstland). Om er zeker van te zijn dat deze bijkomende loonbetalingen niet ontsnappen aan sociale zekerheidsbijdragen of belastingen in het herkomstland, vragen de inspecteurs aan hun collega's in het buitenland om de echtheid van deze betalingen en de officiële aangifte ervan aan de bevoegde instanties daar na te gaan.  Daartoe werden afspraken gemaakt met de collega's arbeidsinspecteurs van een aantal andere lidstaten (zoals Polen, Frankrijk, Nederland, Duitsland, enz.). 

    In het geval dat de werkgever nalatig blijft en niet ingaat op de regularisatieopdracht vanwege de arbeidsinspecteur of in gevallen van flagrante en/of herhaalde overtredingen wordt proces-verbaal opgesteld en overgemaakt aan het openbaar ministerie. Dit kan aanleiding geven tot strafrechtelijke vervolgingen of administratieve geldboeten. Bij een geweigerde regularisatieopdracht kunnen de loontegoeden door de gedetacheerde werknemers langs andere weg ingevorderd worden: bijvoorbeeld via burgerlijke partijstelling in het strafproces of rechtstreeks voor de burgerlijke arbeidsrechtbank gebracht worden. In plaats van proces-verbaal wegens niet-betalen van loon op te stellen, kan de inspectie ook trachten deze loonbetaling te bekomen van de opdrachtgever of (hoofd)aannemer voor wie uw werkgever diensten presteert (de zogenaamde “hoofdelijke aansprakelijkheid”).

    Een wet laat toe dat de vakbonden in naam van buitenlandse gedetacheerde werknemers die vordering instellen, zelfs zonder een mandaat van deze werknemers nodig te hebben. Ook het openbaar ministerie kan op eigen initiatief de loonvordering voor de collectiviteit van de werknemers van een in het proces-verbaal geciteerde werkgever voor de arbeidsrechtbank brengen. Voor meer informatie over de territoriaal bevoegde magistraat van het openbaar ministerie en voor de adressen van de regionale vakbondsorganisaties kan men terecht bij de inspectie (adressen zie hoger).

    Bijkomende vragen en klachten

    Wenst u bepaalde nadere toelichting over uw rechten ingevolge uw inzake de tewerkstelling in België? Dan kan u zich wenden tot SPOC.LabourInspection@employment.belgium.be .
    Wenst u effectief een bemiddeling of wil u een klacht neerleggen bij de arbeidsinspcetie? Dan kunt u zich wenden tot COMPLAINTS.LabourInspection@employment.belgium.be